Titels Van den Brink en Veldman

Bij de jongens stond er een flink veld aan de start van meer dan 85 talenten die een gooi naar de titel wilden doen. Al na één ronde kon zo'n beetje de helft naar huis. Ricardo Veldman hoorde daar zeker niet bij, al moest de speler van de Noordwijkse na die eerst ronde ondanks een rondje 70 wel Benjamin Reuter voor zich dulden. Hij opende in 68 slagen, maar kon dat niet volhouden.

Al na de tweede ronde nam Veldman de leiding. Hij noteerde een ronde level par 72, waar Reuter met 75 ineens fors inleverde. In de slotronde liet Veldman er helemaal geen twijfel over bestaan wie de sterkste was. Hij ging op de toch wel lastige Gelpenberg rond in 67 slagen, vijf onder par. Op zijn kaart stond geen enkele bogey. Veldman kwam daardoor na drie ronden uit op een totaal van zeven onder de baan. Dat waren zeven slagen minder dan Reuter, die na een ronde 73 op level par eindigde. Bob van der Voort van The Dutch werd derde met een score van drie boven de baan.

Meisjes

Bij de meisjes aanmerkelijk minder deelnemers aan de start, met in totaal slechts 33 speelsters. Daarvan overleefden er achttien de schifting na de eerste ronde. Marloes van den Brink stond vanaf dag één aan de leiding. De speelster van de Noord Nederlandse opende met een ronde 74, en daarmee won ze meteen op de concurrentie. Noa van Beek kwam tot 76 slagen, de favoriete Lauren Holmey had er zelfs 78 nodig. De vier slagen verschil met Holmey bleven vervolgens in stand. Beide speelsters gingen in ronde twee door in 74 slagen, en in de slotronde noteerden ze allebei 71 slagen. Van Beek gaf terrein prijs met een tweede rondje in 79 slagen, maar ook zij sloot af met 71.

Van den Brink kwam uit op 219 slagen, drie boven de baan en pakte daarmee de titel. Holmey had vier slagen meer nodig, terwijl Van Beek met tien boven de derde plaats pakte.